(Gepubliceerd in KU Leuven blogt op 12 juni 2015, als toenmalig praktijkassistent aan het Instituut voor Mediastudies, KU Leuven)
Donderdag 4 juni zond de VRT de Koppenreportage ‘De verdeelde klas’ uit, waarbij een rollenspel in een lagere school zou aantonen dat racisme een snel aangeleerde houding is. Al snel klonk er uit verschillende academische disciplines stevige, maar vooral dezelfde kritiek. De reportagemakers verdedigden zich door te stellen dat ze nooit enige wetenschappelijkheid pretendeerden. Die argumentatie is echter een zwaktebod en strookt bovendien niet met de toon van de reportage.
Sinaasappelsap versus wijn
Nieuws, zoals het woord zegt, gaat om nieuwe feiten en inzichten, om het actuele. Nieuws is sinaasappelsap: hoe verser geperst, hoe beter. Ik pers mijn sinaasappelsap doorgaans ‘s morgens, terwijl ik mij haastig aankleed en een boterham smeer en verteer. Ik pers mijn sap multitaskend en tegen een strakke deadline. Klinkt dit bekend in de oren, journalisten?
Wetenschap gaat óók om nieuwe feiten en inzichten. Maar wetenschap is geen sinaasappelsap. Wetenschap is wijn, en wijn moet rijpen. Het wetenschappelijke rijpingsproces neemt bovendien veel tijd in beslag. Pas wanneer een theorie bevestigd wordt door verschillende onderzoeken, liefst vanuit verschillende disciplines of onderzoeksmethoden en altijd onder streng toezicht van andere wetenschappers, pas dan wordt een theorie aanvaard door de academische gemeenschap en ontstaat er een academische consensus. Pas dan is een wetenschappelijk inzicht klaar om ontkurkt te worden: met een vertraging van enkele jaren of decennia.
Wetenschapsjournalisten gaan op zoek naar onderzoek dat nieuw is (lees: recent uitgevoerd) en nieuwswaardig (lees: uit de band springend, opmerkelijk). Dat maakt dat wetenschapsnieuws zelden kan bogen op een academische consensus. Als daarna de eindredacteur de resultaten nog wat opklopt in de titel, weet je waarom mijn collega’s steeds dieper zuchten (ook al is het huidige wetenschappelijke publicatiesysteem in hetzelfde bedje ziek, maar dat zou ons te ver leiden).
Sappig
Dat maakt de kritiek op de Koppen-reportage ‘De verdeelde klas’ des te opmerkelijker. Dat er kritiek kwam vanuit academische hoek op dit rollenspel over racisme, is op zich weinig nieuwswaardig. Dat de kritiek zo massaal en oorverdovend unisono klonk vanuit uiteenlopende disciplines en verschillende universiteiten, is dat wel. Wanneer een moraalfilosoof, een bioloog en een klein leger cognitieve en gedragspsychologen (waaronder een hoogleraar en een professor emeritus) van de Gentse, Antwerpse en Leuvense universiteit dezelfde kritiek leveren, weet je dat de reportagemakers een stevige academische consensus over het hoofd hebben gezien.
Maar wacht, verdedigen de reportagemakers zich letterlijk in De Morgen: “wij hebben nooit enige wetenschappelijkheid gepretendeerd.” Nou…:
- ”Koppen” zette een experiment op met schoolkinderen.’ (bron)
- ”Koppen ” bewijst: racisme wordt aangeleerd.’ (bron)
- ”Koppen” zendt vanavond een unieke reportage uit, die aantoont dat racisme wordt aangeleerd.’ (Wim De Vilder, Journaal 19u, 04.06.2015)
- ‘Leerlingen uit het vijfde leerjaar van een Antwerpse school deden de 50 jaar oude test.’ (Hanne Decoutere, Journaal 13u, 04.06.2015)
Met zo’n taalgebruik wordt de kritische geest van Jan met de Pet wel sterk op de proef gesteld. Bovendien heeft ook de manier waarop het rollenspel in beeld wordt gebracht, een wetenschappelijk aura. Men vertrekt van een probleemstelling (racisme anno 2015), bespreekt de onderzoeksmethode (een experiment met twee groepen en een manipulatie), analyseert de resultaten en formuleert een conclusie, inclusief een stevig beleidsadvies (bij monde van meester Jan en een bijzonder scherpe juffrouw Jane Elliott).
Ik stel de deskundigheid van meester Jan en juffrouw Elliott als onderwijzers niet in vraag. Maar dit zijn geen wetenschappers, die een jarenlange universitaire opleiding en academische loopbaan hebben doorlopen en elke dag onder het kritisch toezicht van vakgenoten aan onderzoek doen. Mensen die dat alles wel hebben gedaan, verwijzen nu de conclusie (racisme is aangeleerd) en het daarop steunende beleidsadvies naar de prullenmand. Met welk gezag denkt juffrouw Elliott een oordeel te vellen over een samenleving en een wetenschappelijk vakgebied waarover ze niets weet?
Minimaliseren die wetenschappers zo racisme als maatschappelijk probleem? Integendeel: ze vinden het cruciaal dat het maatschappelijke debat steunt op wetenschappelijke inzichten. Daar blijft de Koppen-reportage in gebreke. Meer zelfs, ze heeft het debat besmet met een onwaarheid. En dat met veel toeters en bellen.
Wrange nasmaak
De reportagemakers hebben een inschattingsfout gemaakt. Ze hebben een bijzonder brede academische consensus over het thema links laten liggen. Dat is jammer, maar vergissen is menselijk, ook in de kernopdracht van je eigen vak (in het geval van journalisten: research). Belangrijker is dat er lessen getrokken worden.
Helaas smaakt net daarom de reactie van de reportagemakers zo wrang. Ze pretendeerden geen wetenschappelijkheid, maar ze lenen wel gretig het taalgebruik en vormelijke kenmerken van wetenschappelijk onderzoek. Bovendien laten ze het niet na om een snoeihard beleidsadvies te koppelen aan hun conclusie. Ze willen de lusten van wetenschap, maar niet de lasten.
Koppen heeft de kijkers een fles wijn aangeboden met een chique label erop. Maar vergis u niet: u heeft vorige donderdag geen wijn gedronken. Hoogstens een flauw druivensapje.